Reïncarnatie, zielsverhuizing of de wedergeboorteleer is het geloof dat onze ziel na onze dood opnieuw geboren zal worden in een ander levend wezen. Dit continue proces zou nodig zijn om elke ziel en de wereld in zijn totaliteit op een hoger plan te brengen. Hindoes, boeddhisten, sikhs, jaïnisten en kabbalisten en de aanhangers van de New Age beweging geloven er in. In de islam is echter geen plaats voor reïncarnatie.
Eén lichaam, één leven op aarde
Wij krijgen volgens de islam één lichaam en één leven in deze doenja (ons leven op aarde). Na onze dood komen we niet nog een keer terug op aarde in de vorm van een ander levend wezen, zoals een mens of dier of volgens kabbalisten zelfs in de vorm van planten, stenen en minerale vormen.
In meerdere ayat in de Koran lezen wij, dat wij maar een leven op de aarde zullen verblijven, zoals in de volgende twee ayat duidelijk wordt:
Maar wanneer de dood tot één van hen komt, zegt hij: “Mijn Heer! Stuur mij terug, Zodat ik goed kan doen in datgene wat ik heb achtergelaten!” Nee! Het is slechts een woord dat hij spreekt, en achter hem een scheiding tot de Dag dat zij zullen herrijzen. (Koran, 23:99-100)
Keer terug tot jullie Heer in berouw en in gehoorzaamheid, met een waar geloof en geef je over aan Hem, voordat de bestraffing over jullie komt waarna jullie niet geholpen worden. ” (Koran, 39:54)
Als wij sterven, krijgen wij geen nieuwe kans
Het is duidelijk dat als de dood tot ons komt, wij geen nieuwe kansen zullen krijgen om onze fouten goed te maken of om extra goede daden te verrichten. Als we sterven is het te laat en kan niemand ons meer helpen. Daarom is het essentieel dat we ernaar streven om goed te doen in dit ene leven dat ons gegeven is, want we kunnen het niet nog een keertje overdoen. Vergeving is altijd mogelijk in dit leven
Maar dat wij slechts één leven op aarde krijgen, wil niet zeggen dat we geen mogelijkheid hebben om ons leven te beteren. Allah سبحانه و تعالى, die zelf perfect en alwetend is, weet dat mensen imperfect zijn en vergeetachtig. Hij is daarom zeer bereid om ons berouw te aanvaarden en ons te vergeven voor onze fouten. Zolang we leven, kunnen we Allah om vergeving vragen om vervolgens de Rechte Weg te bewandelen. Het plegen van een zonde en daarna berouw tonen is net als een theelepel water pakken uit de oceaan. De oceaan is de oneindige barmhartigheid en genade van Allah سبحانه و تعالى.
Allah zegt in de Koran:
Zeg: “O Mijn dienaren die buitensporig zijn tegenover zichzelf, wanhoop niet aan de Genade van Allah. Waarlijk, Allah vergeeft alle zonden. Waarlijk, Hij is de Vergevingsgezinde, de Barmhartige. (Koran, 39:53)
Onze zielen leven voort
Alhoewel we slechts één leven op aarde hebben, zullen onze zielen echter wel doorleven na onze lichamelijke dood. Allereerst zullen wij in ons graf terecht komen in Barzakh, wat we kunnen beschouwen als een tussenstation, waarin we moeten wachten tot de Dag der Opstanding, de Dag waarop onze lichamen opgewekt zullen worden en waarop we verantwoording afleggen over ons leven. Daarna wacht ons het Hiernamaals; en dat is een eeuwig leven in het Paradijs of in de Hel. Hoe belangrijk het Hiernamaals en de voorbereiding erop is, wordt duidelijk uit het feit dan meer dan een derde van de verzen in de Koran over het Hiernamaals gaan!
De Koran zegt over degenen die zich het maar moeilijk kunnen voorstellen dat onze lichamen weer tot leven worden gewekt, het volgende:
Zeg: “Hij Die ze de eerste keer heeft doen ontstaan, Die zal ze doen leven. En Hij is de Kenner van de gehele schepping. (Koran, 36:79)
Het leven in het Hiernamaals kun je beschouwen als een ‘tweede leven’ omdat het anders zal zijn dan ons leven op aarde, maar het is niet hetzelfde als reïncarnatie, omdat je niet terugkeert op aarde. Het is geen cyclus.
Déjà vu
Hoe zit het dan met de Déjà vu-ervaringen die we allemaal wel eens hebben of de verhalen van mensen die zich vorige levens herinneren? Er zijn volgens de islam twee soorten ‘herinneringen’ van dit soort informatie uit het verleden.
Déjà vu maken we allemaal weleens mee, dat het lijkt alsof we iemand die we net ontmoet hebben al heel lang kennen, of dat we een nieuwe ervaring meemaken, waarbij we een sterke sensatie hebben dat we al eerder beleefd hebben. We noemen dit fenomeen Déjà vu (letterlijke vertaling uit het Frans: eerder gezien).
Sceptici zeggen dat dit niets met reïncarnatie te maken heeft, maar met herinneringen die iemand heeft meegemaakt en opgeslagen zonder zich te herinneren dat dit gebeurde. Dat zou een verklaring kunnen zijn, maar in sommige gevallen loopt deze verklaring spaak.
Relatie met dromen
In de islam is er een andere verklaring, namelijk dat er een relatie is met ware dromen. Dromen worden in de islam in drie categorieën onderverdeeld, namelijk:
1. dromen van Allah, oftewel de ware dromen;
2. dromen van shaitan (satan);
3. en dromen v an de nafs, oftewel het ego en het onderbewustzijn
-
Ware dromen
Bij déjà vu gaat het in feite om een aspect van de ware dromen over een gebeurtenis die ons in de toekomst zal overkomen en die we vergeten zodra we wakker worden, maar als we dit in het echt meemaken, hebben we het gevoel dat we dit al eerder hebben meegemaakt. Deze ervaring heeft iedereen wel eens. Het komt echter zelden voor dat iemand zelfs uiterlijke of psychische kenmerken van een overleden persoon heeft zoals moedervlekken op dezelfde plek of dat iemand bijvoorbeeld een nieuwe taal kan spreken die hij eerder niet sprak.
-
Kennis van het ongeziene
Gebaseerd op de Koran weten we dat de ruh (ziel) een zaak is van het ongeziene en dat ons mensen slechts een klein deel van deze kennis gegeven is.
En zij vragen jou over de ziel, zeg: “De ziel behoort tot de zaken van mijn Heer. En de kennis erover wordt jullie niet gegeven, behalve een klein deel.” (Koran, 17:85)
De slaap wordt de halfbroer van de dood genoemd, of ook wel de kleine dood. We weten dat de ziel ons lichaam verlaat waarbij er een verbinding blijft met het lichaam. Hoe onze ziel wordt weggenomen, weten we niet en zullen we ook niet te weten komen.
De wetenschap heeft pogingen gedaan om het fenomeen déjà vu uit te leggen en we hoeven als moslims geen problemen te hebben met hun verklaringen.
‘Vorige levens’
Soms lees je artikelen van mensen, vaak jonge kinderen die zeggen dat ze zich details herinneren van een vorig leven. Zoals in het geval van een 3-jarig jongetje dat op deze manier de plek kon aanwijzen van een vermoorde persoon, het wapen waarmee deze was omgebracht en hij kon zelfs de moordenaar aanwijzen. Voor veel mensen is dat een aanwijzing of bewijs dat reïncarnatie bestaat. Maar het feit dat slechts enkele mensen of kinderen een dergelijke ervaring hebben, is nog geen bewijs van het bestaan van reïncarnatie. Veruit de meeste mensen herinneren zich juist géén ‘vorige levens’. Dat zouden we dan als een veel groter bewijs kunnen zien dat reïncarnatie níet bestaat.
De wereld van de djinn
Maar beter is de verklaring die er in de islam te vinden is betreffende die herinneringen. Moslims geloven in het bestaan van djinn (geesten). Djinn zijn schepselen die van rookloos vuur zijn geschapen en die wij met ons blote oog niet kunnen waarnemen. Er zijn goede en slechte djinn. Het zijn de slechte onder hen die shayateen (duivels, meervoud van shaitan) genoemd worden. Hun chef is Iblis, die ook wel de shaitan (de satan) genoemd wordt.
Qarien
Elk mens heeft een shaitan bij zich, een Qarien, die hem influistert om zonden te plegen. In de Koran staat:
Zijn metgezel (shaitan) zal zeggen: “Onze Heer! Ik heb hem niet gedwongen te overtreden; hij verkeerde zelf in vergaande dwaling.” Allah zal zeggen: “Redetwist niet in Mijn aanwezigheid, Ik heb reeds jullie de waarschuwing gestuurd. Het vonnis door Mij geveld kan niet veranderd worden, en Ik ben niet onrechtvaardig jegens de dienaren. (Koran, 50:27-29)
Spelletjes
Na onze dood bestaat de Qarien nog steeds als dat de wil is van Allah سبحانه و تعالى. Zoals hierboven al vermeld, bestaan er drie soorten dromen, waaronder dromen van Shaitan. De djinn kunnen ons namelijk storen in onze slaap en invloed uitoefenen op onze dromen.
De herinneringen aan ‘een vorig leven’ zijn volgens de islam daarom niets anders dan de herinneringen van de Qarien die hij in de droom doorgeeft. We hebben maar weinig kennis van de wereld van de djinn, maar we weten dat ze in staat zijn om iemand voor de gek te houden. Ze zijn dus ook zeker in staat om ons op de mouw te spelden dat wat wij in onze dromen zien herinneringen uit ‘een vorig leven’ zouden zijn.
Hoe is dit mogelijk?
De volgende overlevering van de Profeet Mohammed ﷺ over de Dajjal (de anti-Christ) geeft ons een indicatie van hoe dit zou kunnen werken (en Allahoe alam, Allah weet het beter):
“Een deel van zijn fitna (van de Dajjal) is dat hij tegen een bedoeïen zal zeggen: “Wat denk je, als ik in staat ben om jouw vader en moeder weer tot leven te wekken, zul je dan getuigen dat ik jouw Heer ben?” Hij (de bedoeïen) zal zeggen: “Ja.” Dan zullen twee duivels in de vorm van zijn vader en moeder verschijnen en zeggen: “O, onze zoon, volg hem want hij is jouw Heer.” (Sunan Ibn Majah, vol. 5, book 36, Hadith 4077)
Als iemand sterft, blijft de Qarien niet langer in diens gezelschap, maar hij kan hierna wel informatie over deze persoon doorvertellen en in zeldzame gevallen kan hij ervoor zorgen dat iemand flashbacks ervaart van zijn vorige ‘metgezel’. De invloed van djinn is meestal via dromen, maar ze kunnen ook op andere manieren een weg tot de mens vinden, bijvoorbeeld door middel van influisteringen, en ook als iemand meedoet aan bepaalde rituelen waarbij geesten of andere krachten dan Allah worden opgeroepen of aangeroepen.
Pas op voor misleiding
Uiteindelijk is het de bedoeling dat wij ons niet laten misleiden door dit soort spelletjes en dat we niet denken dat wij iets bijzonders zijn als we dit soort herinneringen hebben. Er belang aan hechten is precies wat de duivel wil. We moeten er alles aan doen om dit soort invloeden te voorkomen of er van af te komen, als we er mee te maken krijgen door ons geloof te versterken. De shayateen zullen namelijk altijd moeite doen om ons te misleiden.
De Satan (Shaitan) zei, nadat de zaak besloten was: “Voorwaar, Allah heeft jullie een ware belofte gedaan, en ik heb jullie een belofte gedaan, maar ik liet jullie daarna in de steek. Ik had geen macht over jullie, behalve dat ik jullie heb geroepen, waarop jullie mij gehoorzaamden. Verwijt mij daarom niets! Verwijten jullie jullie zelf maar. Ik kan jullie niet helpen en jullie kunnen mij niet helpen. Voorwaar. ik verwerp het, dat jullie mij voorheen als deelgenoot (aan Allah) toekenden.” Voorwaar, voor de onrechtplegers is er een pijnlijke bestraffing. (Koran, 14;22)
Het Hiernamaals
Als je gelooft in reïncarnatie, dan ontken je met andere woorden dat er een Hiernamaals is. Dan is er volgens jou geen Hemel of Hel. Stel je voor dat er geen Hiernamaals was, is je leven in deze wereld dan comfortabel of juist onaangenaam?
Je zou je leven lang onrustig zijn. Je zou nooit het ware geluk proeven. Het zou zijn alsof er alleen maar smaak is, maar geen verzadiging. Zonder verzadiging is er geen geluk. Want het zit in de menselijke natuur om zich te verheugen over de schoonheid, de zegeningen en genoegens die nooit zullen eindigen. Geen enkele smaak die tijdelijk is, is voldoende voor de mens. Het zal je maag niet vullen, het zal je dorst niet lessen.
Als iemand je uitnodigt voor een heel mooi banket, maar zegt: “Je zult alleen maar proeven, je zult niet eten tot je vol zit”, dan zou dat geen traktatie zijn, maar een kwelling. Als iemand iets lekkers proeft, wil hij er alleen maar meer van. Als hij er niet van kan eten, zal hij erg ongelukkig en onrustig worden. Alle aangename, prettige, mooie dingen in deze wereld en alles waar we van houden, zijn altijd tijdelijk. Met andere woorden, het smaakt ons goed, maar het zal ons nooit werkelijk bevredigen.
- Zo houden we van onze jeugd, maar die verdwijnt. We worden alleen maar ouder en ons leven wordt zwaarder. We krijgen lichamelijke gebreken of ons geheugen laat ons in de steek.
- We houden ervan bij onze geliefden te zijn, maar het duurt niet lang. Of zij verlaten ons, of wij verlaten hen.
- We houden van lekker eten, maar we kunnen er niet altijd bij. Als we bijvoorbeeld ziek worden, kunnen we vaak niet eten wat we lekker vinden.
- We houden van ons leven, maar de dood kan komen wanneer we dit het minst verwachten.
De troost van het eeuwige leven
Mensen willen dat de dingen waar ze van houden, waar ze van genieten, nooit zullen eindigen. Maar dat is niet mogelijk in deze wereld. We verlangen naar een leven dat nooit zal eindigen, een jeugd die nooit eindigt, zegeningen die we kunnen bereiken wanneer we maar willen en die ons niet schaden of ziek maken.
Deze verlangens kunnen we alleen vinden in een eeuwig leven. Omdat Allah van ons houdt, heeft Hij het Hiernamaals voor ons geschapen. Zo vinden we troost in de gedachte dat de zegeningen die we in deze wereld liefhebben, in het Hiernamaals voor eeuwig gegeven zullen worden. En nog meer dan dat. Zo wordt zelfs ons wereldse leven mooi. Als je namelijk weet, dat er licht is aan het eind van de tunnel, geeft dat je hoop, verlichting en een gelukzalig gevoel.
Als er geen Hiernamaals was, hoe zouden de slachtoffers van ellende en onrecht troost kunnen vinden en gelukkig zijn? En hoe zouden mensen met een handicap, mensen met ongeneeslijke ziekten, mensen in de gevangenis, mensen op leeftijd, mensen die gescheiden zijn van hun geliefden en niet met hen herenigd kunnen worden, troost kunnen vinden? De grootste bron van troost en geluk voor mensen in deze situaties is te weten dat ze niet zullen vergaan als ze sterven en te geloven in het bestaan van een eeuwig, mooi leven na de dood.
Ongelukkig zonder geloof in het Hiernamaals
Je zult niet werkelijk gelukkig zijn zonder geloof in het Hiernamaals. Als je geen geloof of een zwak geloof hebt, zal je, hoe ouder je wordt, steeds angstiger worden voor de dood. Je zult bang zijn dat je in het niets verdwijnt. Van de buitenkant zullen de mensen het niet aan je zien, want je hebt het financieel goed hier in Europa, maar van binnen zul je leeg zijn. De gedachte aan de dood zou je verlammen, dus daarom vermijd je die gedachte. De gedachte aan de hel, vind je heel naar, daarom duw jij die gedachte ver weg. Jij gelooft alleen maar in de hemel, want dat idee vind je ego prettiger. Alle mensen gaan naar de hemel volgens jou. Als een moordenaar iemand vermoordt, of een pedofiel een kind misbruikt, dan heeft hij zeker een slechte jeugd gehad. Hij is eigenlijk heel zielig en heeft heel veel liefde nodig. Het zijn allemaal smoesjes van je, want de waarheid is te groots voor je; je wil de waarheid niet zien.
Gerechtigheid
Geloof is als een politieagent in het brein van ieder mens. Als mensen geen geloof hebben in het Hiernamaals, kan niets mensen met slechte bedoelingen ervan weerhouden misdaden te plegen en anderen onrechtvaardig te behandelen. Zelfs de angst voor de politie en de wet kan deze slechte mensen niet tegenhouden. Ze kunnen elke slechte daad verrichten waar niemand hen kan zien. Of ze kunnen denken: “We plegen overtredingen, maar we zullen toch niet gepakt worden”. Ze kunnen financieel of positioneel machtig zijn en zeggen “de politie of de wet kunnen mij niets doen”. Waar is dan de gerechtigheid?
De meest effectieve gedachte die deze mensen zal afhouden van het plegen van misdaden en hen zal aanmoedigen goede daden te doen, is de wetenschap dat ze na hun dood verantwoording zullen moeten afleggen over alles wat ze doen. Dan kunnen ze zeggen: “Ook al ziet niemand ons nu, Allah ziet ons. En de door Allah aangestelde engelen zien ons. Als we ellende veroorzaken in deze wereld, zullen we in het Hiernamaals gestraft worden” en door die gedachte vermijden ze slecht gedrag. Omdat ze graag in het Paradijs willen komen, zullen ze zich inspannen om goede daden te verrichten om de eeuwige zegeningen van Allah in het Hiernamaals te bereiken.
De eeuwige smaak van het Hiernamaals
Wat kun je er aan doen als je zelf wel gelooft in het Hiernamaals, maar iemand in jouw omgeving niet?
- Volg studies en lezingen over de islam of je geloof te versterken.
- Span je in om een goede dienaar te zijn van je Heer die jou, de wereld en het Hiernamaals heeft geschapen.
- Vertel open en eerlijk de waarheid over het geloof. Net zoals de anderen zich niet schamen om over hun eigen overtuiging zoals reïncarnatie, boeddhisme of hun zelf verzonnen waarheid te vertellen, zal jij zonder schroom over de islam moeten vertellen.
- Als iemand aangeeft in reïncarnatie te geloven, vraag hem of haar dan te vertellen over zijn vorige leven. En vraag hem of haar wat er rechtvaardig aan is, dat hij of zij zich hier niets van herinnert?
- Vraag iemand die niet gelooft in hemel en hel, waarom niet.
- Maak duidelijk dat door te geloven in het Hiernamaals, dat deze wereld voor hen gevuld zal zijn met geluk en vrede en dat zij de eeuwige gelukzalige smaak van het Hiernamaals zullen proeven.
Dat Allah سبحانه و تعالى ons op de rechte weg moge leiden en houden, zodat we troost mogen vinden in dit leven en gelukzaligheid in het Hiernamaals. Amien.