Waar is Allah?
Vele mensen vragen zich af waar Allah/god is? In de hemel? op aarde? Hieronder zullen we dat uiteenzetten aan de hand van overleveringen en uitspraken van geleerden. Waar is Allah (swt)?
Imam Muḥammad Ibn Hibah al-Makkiyy, schreef een boek genaamd Hadâ’iqu l-FuSûl wa Jawâhiru l-`Uqûl. Het kwam bekend te staan als Al-`Aqidatu s-SalâHiyyah, nadat hij het als geschenk had gegeven aan Sultan SalaHu d-dîn al-Ayyubiyy, die beval dat dit boek aan de kinderen in scholen zou worden onderwezen en vanaf de top van minaretten zou worden uitgezonden. In zijn boek zei hij:
قد كان موجودا ولا مكانا وحكمُه الآن على ما كان
Wat betekent: ” Allah (swt) bestond eeuwig en er was geen plaats, en het oordeel over Zijn bestaan nu is dat Hij is zoals Hij was [zonder plaats]. ”
Imam Ja`far as-Sâdiq zei: ” Hij die beweert dat Allah (swt) in iets of op iets of uit iets is, pleegt shirk (Allah (swt)slastering). Want, als Hij ergens in zou zijn, zou Hij ingesloten zijn, en als Hij ergens op zou zijn, zou Hij gedragen worden, en als Hij ergens uit zou zijn, zou Hij een schepsel zijn. ”
Shaykh `Abdu l-Ghaniyy an-Nabulusiyy zei: ” Hij die gelooft dat Allah (swt) de hemelen en de aarde vult of dat Hij een lichaam is dat boven de Troon zit, is een kafir. ”
Imam Fakhru d-dîn Ibn `Asâkir (620 H) zei in zijn `Aqidah: ” Allah (swt) bestond al voor de schepping. Hij heeft geen voor of een na, een boven of een beneden, een rechts of een links, een vooruit of een achter, een geheel of een deel. Er mag niet gezegd worden: Wanneer was Hij, Waar was Hij, of hoe was Hij? Allah (swt) bestaat zonder plaats. Hij heeft het universum geschapen en het bestaan van de tijd gewild. Hij is niet gebonden aan tijd of aangewezen met plaats. ”
Op wie lijkt Allah?
Imam Abu Sulayman al-Khaṭṭābiyy zei: ” Wat verplicht is voor ons en voor iedere moslim om te weten is dat onze Heer geen vorm of gedaante heeft, omdat de vorm een “hoe” heeft, en “hoe” is niet van toepassing op Allah (swt) of Zijn Attributen. ”
Weet zonder twijfel dat de vraag “hoe” (kayf: كيف) niet van toepassing is op Allah (swt). “Hoe?” is een vraag die betrekking heeft op vormen, lichamen, plaatsen, dieptes en dimensies. Allah (swt) is vrij van al dergelijke eigenschappen. Wees ook stellig dat het ongeldig is om over Allah (swt) te zeggen “… maar we weten niet hoe “, omdat het in essentie valselijk aangeeft dat Allah (swt) een kleur, vorm, dimensies, lichaam en plaats heeft, maar men is simpelweg onwetend over het “hoe” ervan.
Imam al-Ghazaliyy zei: ” Allah (swt), de Verhevene, bestond eeuwig en er was geen plaats. Hij is geen lichaam, jawhar (miniem ondeelbaar deeltje), of lichamelijk bezit, en Hij is niet op een plaats of in een plaats. ”
Al deze uitspraken tonen aan dat het toeschrijven van de richting en de plaats aan Allah (swt) in strijd is met de Qur’ân, ḥadīth, Ijmâ` eenstemmigheid van geleerden, en het intellectuele bewijs. Het intellectuele bewijs dat Allah (swt) zonder plaats bestaat ligt in het feit dat Allah (swt) de attributen van volmaaktheid heeft. Het nodig hebben van anderen is geen eigenschap van volmaaktheid. Degene die plaats inneemt, heeft die plaats nodig. Degene die anderen nodig heeft (of het nu een plaats is of een andere schepping) is niet Allah (swt). Bovendien, zoals het verstand bepaalt dat Allah (swt) zonder plaats bestond voordat hij plaatsen schiep. Het verstand bepaalt ook dat nadat Allah (swt) de plaatsen heeft geschapen, Hij nog steeds zonder plaats bestaat.
Waarom kijken we naar boven tijdens een dua (smeekbede)?
De geleerden, zoals Imam Aḥmad ar-Rifâ`iyy, bepaalden dat het opheffen van de handen en de gezichten naar de hemel bij het verrichten van du`â’ (smeekbede) is omdat de hemelen de qiblah van du`â’ zijn, net zoals de Ka`bah de Qiblah van Ṣalah is. Vanuit de hemelen dalen de barmhartigheden en zegeningen van Allah (swt) neer.
Vandaar dat het duidelijk is voor degene die de waarheid zoekt dat de uitspraak dat Allah (swt) zonder plaats bestaat, datgene is wat in overeenstemming is met de Koran, ḥadīth,Ijmâ` eenstemmigheid van geleerden, en criteria van het gezonde verstand. Wees standvastig en zeker dat vóór het scheppen van plaatsen, Allah (swt), Die alles schiep (plaatsen en al het andere), zonder plaats bestond, en na het scheppen van plaatsen, Allah (swt) nog steeds zonder plaats bestaat.
Allah schiep de troon (`Arsh)
Daar wij hebben vastgesteld dat de geloofsbelijdenis van de Moslims is dat Allah (swt) zonder plaats bestaat en dat de vraag “hoe” niet van toepassing is op Allah (swt), is het voor ons duidelijk dat de Troon (`Arsh), die de grootste is van alle scheppingen en het plafond van het Paradijs, geen plaats is voor Allah (swt), de Verhevene.
Imam Abu ManSûr al-Baghdâdiyy verhaalde dat Imam `Aliyy Ibn Abi Talib, de vierde kalief, zei:
إنَّ الله تَعَالى خَلَقَ العَرْشَ إظْهَارًا لِقُدْرَتِهِ وَلم يَتَّخِذُهُ مَكانًا لِذَاتِهِ
wat betekent: ” Allah (swt) schiep de Troon (`Arsh) als een aanduiding van Zijn Macht en nam het niet als een plaats voor Zichzelf. ”
Imam Abu Hanifah zei in zijn boek, al-Waṣiyyah: “…en Hij is de Behouder van de Troon (`Arsh) en al het andere, zonder deze nodig te hebben, want als Hij in nood was geweest, zou Hij niet de macht hebben om de wereld te scheppen, te beheren en te behouden. Bovendien, als Hij op een plaats was geweest die behoefte had om te zitten en te rusten, voordat Hij de Troon (`Arsh) schiep, waar was Allah (swt) dan? ”
Ook, in zijn boek, Al-Fiqh al-Absat, zei Imam Abu Hanifah: ” Allah (swt) bestond eeuwig en er was geen plaats ; Hij bestond voordat Hij de schepping schiep. Hij bestond en er was geen plaats, schepping, of ding ; en Hij is de Schepper van alles. Hij die zegt dat ik niet weet of mijn Heer in de hemelen of op aarde is, is een kafir. Ook is een kafir die zegt dat Hij op de Troon (`Arsh) is, en ik weet niet of de Troon (`Arsh) in de hemel of op aarde is. ”
Bijgevolg verklaarde Imam Ahmad degene die deze laatste twee zinnen zegt dat een kafir is, omdat zij het toeschrijven van een richting, grens en plaats aan Allah (swt) bevatten. Alles wat een richting en begrenzing heeft, heeft noodzakelijkerwijs een Schepper nodig.