Al-Qahhar [de Onderwerper]
Allah is de Onderwerper, de Heerser. Al het geschapene is onderworpen aan en is afhankelijk van Hem. De onderwerper onder de mensen zijn die dienaren van Allah die hun Nafs onderwerpen aan de Wil van Allah. Een dienaar als deze zal op deze wereld en in het hiernamaals verheven worden. Dit is echter niet een makkelijke kwestie, aangezien de Nafs zelfs een grotere vijand is dan de Shayateen [duivels]. Dit omvat zowel de Shayateen van onder de mensen [slechte mensen] als van de Jinn. Deze Shayateen gebruiken namelijk je lusten en begeerten, terwijl de Nafs de bron is van deze lusten en begeerten. Als iemand zijn Nafs in bedwang kan houden, dan kan de Shaytan hem weinig kwaad doen.
De naam al-Qahhar komt vaak voor in de Koran. Zo zegt Allah bijvoorbeeld: ‘’Zeg: ‘’Allah is de Schepper van alle dingen en Hij is al-Wahid [de Ene], al-Qahhar [de Onderwerper].’’98
En: ‘’De Dag dat zij [uit hun graven] tevoorschijn komen blijft niets van hen voor Allah verborgen. Aan wie behoort deze Dag de heerschappij? Aan Allah, al-Wahid [de Ene], al- Qahhar [de Onderwerper].’’99
Dat alles zich moet onderwerpen aan Allah blijkt ook uit het volgende vers: ‘’Daarna heeft Hij Zich tot de hemelen gericht, toen deze uit [nevelige] rook bestonden en Hij zei tegen hen en tegen de aarde: ‘’Kom [tot bestaan], jullie beide, gewillig of onwillig, waarop zij zeiden: ‘’Wij komen gewillig.’’100
En: ‘’Allah houdt de hemelen en de aarde vast [en in stand], opdat zij niet vergaan. En indien zij dreigen te vergaan, zou niemand buiten Hem deze nog in stand kunnen houden. Hij is Halim [Vergraagzaam], Ghafur [Vergevensgezind].’’101
Ons moeder Aicha vroeg naar aanleiding van de vers ‘’Op de Dag waarop de aarde wordt omgevormd tot iets anders dan de aarde, en eveneens de hemelen. En de mensen komen tevoorschijn bij Allah, al-Wahid [de Ene], al-Qahhar [de Onderwerper]’’102 het volgende: ‘’O Boodschapper van Allah [sal Allahu alayhi wa sallam], waar zullen de mensen op die dag zijn?’’ De Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] zei: ‘’Op de Siraat.’’103
Al-Wahhab [de Gever]
Allah is de Gever, de Schenker. Allah geeft zonder iets ervoor terug te willen. Als je profiteert bij het geven en schenken dan ben je geen echte Wahhab. Als jij dus wordt beloond of een compliment verwacht bij het geven van iets, dan ben je geen echte Wahhab. Allah is de Enige Wahhab, omdat Hij geeft zonder er iets voor te vragen en daarnaast heeft Hij geen baat bij het schenken.
Deze Naam komt veel voor in de Koran. Zo zegt Allah: ‘’Of bevinden zich bij hen de
schatten van de genade van jouw Heer, al-‘Aziz [de Almachtige], al-Wahhab [de Gever].’’104
En: ‘’[En zij smeken:] ‘’Onze Heer, doe onze harten niet afdwalen nadat U ons hebt geleid. En
schenk ons van Uw zijde genade, want U bent al-Wahhab [de Gever].’’105
Wie is een Wahhab?
De Wahhab onder de dienaren zijn degenen die al het goede doen en het slechte mijden enkel voor Allah. Hierbij is de minste vorm dat je aanbiddingen verricht, doordat je bang bent voor de Jahannam. Beter dan dat is het verrichten van aanbiddingen, omdat je de Jannah wil verdienen. Het hoogste niveau is het verrichten van aanbiddingen om de Tevredenheid van Allah te verkrijgen. Hiermee bescherm je jezelf van het hellevuur en zal je het paradijs binnentreden. Het uiteindelijke doel is dus de Tevredenheid van Allah. De grootste zaligheid is dat je Allah zult zien in het hiernamaals.
Sommige mensen maken kinderen en bekeerlingen bang met de bestraffingen van Allah. Hierbij vergeten ze de Barmhartigheid van Allah. Dit kan gevaarlijk zijn, omdat hopeloosheid niet hoort bij een moslim. Een moslim dient altijd in evenwicht te leven tussen hoop en angst. Daarom wordt er gezegd: ‘’Werk voor de wereld alsof je nooit doodgaat en werk voor het hiernamaals alsof je morgen doodgaat.’’
Wij kunnen Wahhab zijn door ons niet vast te klampen aan hetgeen wij hebben. De Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] zei: ‘’Geef weg o Bilal, vrees niet dat de Eigenaar van de Arsh [Allah] het [bezit] zal verminderen.’’
Belangrijke eis
Bij het geven van dingen dienen we hier niks terug voor te verwachten en dienen we hetgeen we hebben gegeven niet terug te vragen. De Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] zei: ‘’Het is niet toegestaan om een cadeau te geven en het dan terugnemen, behalve als dit van jullie kind is. Degene die dit doet is net als een hond die eet en vervolgens overgeeft en vervolgens teruggaat naar het braaksel.’’106
In de Seerah lezen we dat de Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] twee offers had gebracht, waarvan één werd uitgedeeld en één naar huis werd gestuurd. In het huis kwam regelmatig bezoek en zij kregen ook allemaal van het vlees. Aicha had voor de Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] een stuk van de rechtervoorpoot van het schaap bewaard, omdat de Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] dit lekker vond. Toen de Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam] vroeg om het schaap zei ze: ‘’Alles is weg, behalve de rechtervoorpoot.’’ Hierop zei de Profeet [sal Allahu alayhi wa sallam]: ‘’Zeg dat niet. Zeg: ‘’Alles is gebleven, behalve de rechtervoorpoot.’’ Hieruit leren we dat hetgeen echt van belang voor ons is, de goede daden zijn die worden opgeschreven.
In een andere Hadith lezen we: ‘’Degene die de mensen niet dankbaar is, is Allah ook niet dankbaar.’’ Als je namelijk niet leert om de mensen te bedanken die jou iets geven, dan dank je [indirect] Allah ook niet, want hetgeen je ontvangt krijg je [indirect] van Allah.
98 Surat al-Ra’d, vers 16
99 Surat al-Ghafir, vers 16
100 Surah Fussilat, vers 11
101 Surah Fatir, vers 41
102 Surah Ibrahim, vers 48
103 Muslim
104 Surat al-Saffat, vers 9
105 Surat Ali ‘Imran, vers 8
106 Abu Dawud
Lees ook: Waar is Allah (swt)?