Achtergrond
Ishaq [vrede zij met hem], de zoon van Abraham [vrede zij met hem], trouwde op circa veertig jarige leeftijd met Rifqa/Rebekka. Ishaq [vrede zij met hem] had heel lang geen kinderen gekregen en deed daarom een smeekbede en vervolgens kreeg hij een tweeling. Hij kreeg de zonen ‘Isu en Yakub [vrede zij met hem]. Yakub [vrede zij met hem] werd als tweede geboren en hield de hiel van zijn broer vast. Zijn naam komt van het woord Qab, dat hiel betekent. Een andere naam van Yakub [vrede zij met hem] is, Israil, dat dienaar van Allah betekent. Yakub [vrede zij met hem] kreeg twaalf zonen, die de twaalf stamvaders van de Israëlieten zouden zijn. Deze stammen worden Bani Isra’il, kinderen van Isra’il, genoemd. Hij kreeg tien van deze kinderen van 1 vrouw en hij kreeg Jozef en Bunyamin van een andere vrouw.
Smeekbede voor Yakub
Ishaq [vrede zij met hem] werd wat zwakker op latere leeftijd en op een dag riep hij ‘Isu en vroeg hem of hij voor hem eten kon voorbereiden. Als hij dit zou doen, dan zou hij voor hem een smeekbede verrichten. Zijn vrouw Rifqa hoorde dit en droeg Yakub [vrede zij met hem] op om twee geiten voor te bereiden voor zijn vader, zodat de smeekbede voor hem verricht zou worden. Dit deed hij vervolgens en Ishaq [vrede zij met hem] deed een smeekbede dat hij [Yakub [vrede zij met hem]] veel kinderen en een grote stam zal krijgen. Nadat Ishaq [vrede zij met hem] van het vlees had gegeten, kwam ‘Isu met zijn deel voor zijn vader. Ishaq [vrede zij met hem] vroeg hem waarom hij hem eten had gebracht, terwijl die al geweest was.
Toen kwam ‘Isu erachter dat zijn broertje Yakub [vrede zij met hem] hem voor was en werd daarom boos op Yakub [vrede zij met hem]. Hun moeder Rifqa adviseerde Yakub [vrede zij met hem] om naar Harran, hun oorspronkelijke woonplaats, te vertrekken, zodat de situatie niet zou escalern. In Harran hadden ze namelijk nog familieleden, waaronder Labaan, de oom van Rifqa. Onderweg naar Harran stopte hij in Jeruzalem om uit te rusten, waarbij hij in zijn droom zag dat er licht uit de hemel kwam. Ook zag hij engelen die Allah gingen aanbidden. Daarop zwoor hij dat hij daar een heilige plek zou stichten. Vandaar noemen we Jeruzalem [al-Quds] ook Bayt al-Maqdis, huis van heiligheid.
Leven in Harran (Zuid-Turkije)
Nadat hij aankwam in Harran en daar zeven jaar verbleef, trouwde hij met één [de oudste van de twee genaamd Raheel] van de twee dochters van Labaan. In die zeven jaar moest hij werken voor Labaan, wiens familie uit herders bestond. Na die zeven jaar mocht hij uiteindelijk trouwen, maar tijdens de huwelijksnacht kwam hij erachter dat zijn schoonvader hem had gehuwd met de oudere zus van Raheel, genaamd Layla. De schoonvader had dit gedaan, omdat het in die tijd gebruikelijk was dat de jongste dochter niet mocht trouwen als de oudste nog ongehuwd was. Yakub [vrede zij met hem] wilde echter niet met haar trouwen en klaagde bij zijn schoonvader, die hem eigenlijk voor de gek had gehouden. Zijn schoonvader zei dat hij wel met zijn jongere dochter mocht trouwen, maar daarvoor moest hij hem nog zeven jaar dienen. Ook dit had hij gedaan, waarna hij trouwde met Raheel.
Meer dan 10 kinderen
De kinderen die Yakub [vrede zij met hem] kreeg van zijn eerste vrouw, Layla/Leah, waren Ruben, Simeon, Levi, Juda, Issachar en Zebulon. Van Raheel/Rachel kreeg Yakub [vrede zij met hem] aan het begin geen kinderen, waardoor ze hem liet trouwen met haar dienstmeisje Belha/Bilhah. Van haar kreeg hij Dan en Naftali. Yakub [vrede zij met hem] trouwde hierna ook met het dienstmeisje van Layla, genaamd Zulfa/Zilpa. Van haar kreeg hij Gad en Aser.
Yusuf en Bunyamin werden geboren
Uiteindelijk kreeg hij ook twee kinderen samen met Raheel, genaamd Jozef en Benjamin. Dit waren de twaalf kinderen van Yakub [vrede zij met hem], waarmee hij verbleef in Harran. Na twintig jaar vroeg hij Labaan om toestemming, zodat hij naar zijn vader Ishaq [vrede zij met hem], zijn moeder Rifqa en zijn broer ‘Isu kon gaan. Hij vond dit goed en gaf hem daarnaast ook alle nieuwgeboren dieren van dat jaar met hem mee. Yakub [vrede zij met hem] smeekte Allah om hulp tegenover zijn broer ´Isu, die wellicht nog boos op hem was. Yakub [vrede zij met hem] gaf de verschillende dieren die hij had gekregen aan verschillende dienstmannen en gaf hun de opdracht om richting ´Isu te gaan. Als ´Isu hun dan zou zien, moesten ze aangeven dat die dieren een cadeau zijn van Yakub [vrede zij met hem]. Dit moest op zo een manier gebeuren, dat hij telkens een nieuwe kudde dieren zou zien en cadeau zou krijgen. Hierop verzachtte het hart van ´Isu en toen Yakub [vrede zij met hem] aankwam en hem om vergeving vroeg, vergaf hij hem. Ze gingen samen naar hun vader Ishaq [vrede zij met hem] en leefden daar met al zijn kinderen samen.
Lees meer over Yakub (as) in het leven van profeet Yusuf (as).
Islam is de religie van alle profeten