Inhoud van dit artikel:
Scheiding
Na de dood van de Profeet (VZMH), werden de moslims verdeeld in Soennieten en Sjiieten (Shia). Nadat de Profeet (VZMH) was overleden, was er onenigheid over wie de moslims moest leiden, en dit conflict veroorzaakte verdeeldheid.
Het woord “soenniet” zelf komt van de term “soenna”, waarvan eerder is uitgelegd dat het de leer van Profeet Mohammed is, want zij houden zich strikt aan deze leer zonder enige toevoeging, interpolatie of weglating. Het woord sjiiet (sji’a in het Arabisch) betekent een “partij”, “sekte”, “aanhang” of een “groep gelijkgezinden”.
Als men de geschiedenis een beetje bestudeert, zal men zien dat de term sjiiet voor het eerst onder de moslims werd gebruikt in verband met een politieke kwestie waarover de moslims van mening verschilden, 37 jaar na de dood van de Profeet. Hoewel de sjiieten beweren dat hun oorsprong in dat scenario ligt, vond de eigenlijke term sjiiet die werd gebruikt om deze specifieke sekte aan te duiden, in feite veel later in de geschiedenis plaats. Hoe dan ook, het is duidelijk dat de term onbekend was in de tijd van de Profeet, en dus kunnen we zeggen dat de sjiieten een groep waren die na de dood van de Profeet is ontstaan.
Verschillen
– Het grootste verschil waren de scheidingspunten betreft het kiezen en volgen van de Khalifah (leider). Sjiieten accepteerden Abu Bakr (ra) niet en geloofden dat Ali (ra) dat zou moeten zijn. Terwijl de soennieten Abu Bakr (ra) als leider hadden gekozen.
– Soennieten accepteren 4 kaliefen ( Abu Bakr, Umar, Uthman en Ali) en lopen onder hun leiding. Sjiieten daarentegen accepteren het leiderschap van geen van de kaliefen behalve Ali.
– Woorden van Tawhid zijn anders. soennieten; zeggen “La Ilahe Illallah, Muhammadun Rasulullah”. (Er is geen god dan Allah. Profeet Mohammed (vzmh) is de Profeet van Allah)
Sjiieten; “Lailaheillallah Muhammedun Rasulullah ve Aliyyun Veliyyu Hamiyetullahi ve Huccetullah!” zoals het zegt. (Er is geen god dan Allah, Mohammed is zijn boodschapper en Ali is de (boezem)vriend van Allah. Hij is de erfgenaam van de Boodschapper van Allah en zijn eerste kalief.)
– Tijdens de ramadan verbreken soennieten hun vasten ’s avonds wanneer de zon ondergaat, terwijl sjiieten wachten tot de zon volledig ondergaat. Overigens bidden/vasten niet alle sjiieten en beschouwen zij zichzelf als vrijgesteld.
– Soennieten accepteerden Ali (ra) als de 4e kalief als imam. Sjiieten daarentegen noemden de eerste kalief, de eerste imam, Ali (ra), tweede imam zoon Hasan en zijn Hussein als derde imam. Zij waren de zonen van Ali (ra).
Soennitisch en sjiitisch gebed
– Soennieten leggen hun voorhoofd op de grond terwijl ze knielen in gebed. Sjiieten daarentegen gebruiken een kleiplaat of een steen om hun voorhoofd aan te raken terwijl ze knielen in gebed. De neerbuiging van de sjiieten voor deze uit Karbala meegebrachte steen ontstond na de Karbala-gebeurtenis. Dat was een verschrikkelijke gebeurtenis waarbij de kleinzoon van de profeet (VZMH), imam Hussein, werd gesneuveld samen met zijn naasten door een groep opstandige moslims.
– Terwijl soennieten hun armen sluiten terwijl ze staan in gebed, doen sjiieten dat niet.
– Het gebed is vijf keer per dag en soennieten accepteren dit. Sommige sjiitische groepen, vooral in Iran, bidden drie keer per dag.
– Soennieten zeggen ameen na Surah Fatiha in gebed. Sjiieten gebruiken het woord amen niet.
Stromingen binnen de Shia en hun ideeën:
Stroming (+ oprichter) | Ideeën |
1. Saba’iyyah (Abdullah ibn Saba’)
|
1. In de Torah staat geschreven dat elke profeet een wasy (opvolger) heeft en Ali is de wasy van de Profeet Mohamed (v.z.m.h).
2. Mohamed (v.z.m.h) zal op deze wereld terug komen. 3. Ali is een god. 4. Ali is niet dood. 5. Ali is naar de hemel opgestegen zoals Isa. 6. God heeft zich in Ali gemanifesteerd. |
2. Al-Ghurabiyyah | 1. Jibriel heeft zich vergist door de boodschap te geven aan Mohamed (v.z.m.h) in plaats van Ali. 2. Ali lijkt op Mohamed (v.z.m.h) zoals twee kraaien op elkaar lijken. |
3. Al-Mughiriyyah (Al-Mughierah ibn Sa’d) | 1. Hun imam is profeet. 2. Kent de verheven Naam van Allah. 3. God is een man welke een kroon draagt. 4. God heeft ledematen zoals een mens dat heeft. |
4. Al-Ja’fariyyah (Abdullah ibn Mu’awiya ibn Abdullah ibn Ja’far) | 1. Reïncarnatie 2. Allah’s ziel was in Adam en het is overgegaan naar hun imam. |
5. Al-Khitabiyyah (Ibn Abie Zainab) | 1. Imams zijn de kinderen van de profeet. 2. Er zijn altijd 2 profeten, eentje spreekt en de ander zwijgt, zoals Mohammed en Ali. 3. Goede leven is het paradijs, en het slechte leven de hel. 4. Reïncarnatie |
6. Al-Kisaniyyah | 1. Absolute gehoorzaamheid aan de Imam. 2. De imam begaat geen zondes. [ma’soem]. 3. De Imam Mohamed ibn Al-Hanafya komt terug op deze wereld. (Christelijke invloed) |
7. Rafidah | 1. Ze weigerden Zaid ibn Ali te helpen tegen de Umayaden. 2. Hebben hun imams verraden en geweigerd hen te helpen tegen de vijand. 3. Weigerden de metgezellen te accepteren en de khalifaatschap van de shaykhaan te erkennen. 4. Weigeren het geloof te accepteren zoals hij is. 5. Worden door hun vijanden zo genoemd omdat ze jaloers zijn [Dit is tevens hun mening]. |
8. Al-Zaydiyyah | 1. Ali is aangewezen met een beschrijving en met zijn naam. 2. Erkennen van de twee khalifen. 3. Het is toegestaan om een leider te kiezen ook als is er een betere aanwezig. 4. Wij mogen twee leiders kiezen in twee omstreken. 5. Iemand die zware zonde begaat is voor eeuwig in de hel mits hij berouw toont. |
9. Al-Ismailiyyah | 1. Geheimhouding 2. De imam hoeft niet zichtbaar te zijn hij kan ook verborgen zijn maar zijn gehoorzaamheid is verplicht. 3. Koran heeft een zichtbare betekenis en een verborgen betekenis. |
10. Al-Imamiyyah | 1. Ali is met de naam genoemd als leider na de Profeet (v.z.m.h). 2. De imam heeft de absolute macht om wetten te maken, zijn woord is wet. 3. De meningen van de imams gelden als voltooiing van de shari’a. 4. Het is mogelijk dat de imam mu’jizaat krijgt. 5. De imam weet alles over de shari’a. |
De 12 imams van de Imamiyyah:
1. Ali
2. Hassan
3. Hussein
4. Ali-zain-Al-Abidien
5. Mohamed al-Baqir
6. Jafar al-Sadiq
7. Musa al-Kazim
8. Ali ar-Rida
9. Mohamed at-Taqi
10. Ali al-Hadi
11. Hasan al-Askari
12. Mohammed al-Mahdi
Lees ook: Ontstaansgeschiedenis van Sjiieten, Sjiisme en Islam